Heeft u uw
financiële zaken
op orde?

Lees de checklist

Intermedis A & A

Wanneer mag ik ontslagen worden voor pensioen?

Geplaatst op: 08-10-2018, 20:41:18

Jaren geleden was het antwoord op de vraag uit de kop boven deze column simpel. Als je met pensioen gaat natuurlijk. Toen was namelijk de pensioenleeftijd gelijk aan de AOW-leeftijd. En in elk geval lag de pensioenleeftijd zeker niet later dan de AOW-leeftijd. Ook de Hoge Raad vond een einde aan de arbeidsovereenkomst op 65 jaar maatschappelijk geaccepteerd. Maar tijden veranderen.

De AOW-leeftijd is individueel bepaald en de pensioenleeftijd ligt inmiddels op 68 jaar. Dat betekent niet dat je niet eerder met pensioen zou kunnen gaan. Dat kan meestal wel, maar dan wordt het pensioen circa 6 tot 8% per jaar lager. Dat is logisch: de pot met pensioengeld moet immers over een langere periode uitgekeerd worden.

Inmiddels levert het verschil tussen AOW-leeftijd en pensioenleeftijd in combinatie met ontslag de nodige rechtspraak op. In veel arbeidsovereenkomsten is een pensioen-ontslagbeding opgenomen. De vraag is nu natuurlijk wat daar mee bedoeld werd: de pensioenleeftijd of de AOW-leeftijd?

Een juridisch antwoord zal je dan ten deel vallen: dat hangt van de feiten en omstandigheden af. Staat er duidelijk pensioenleeftijd met een verwijzing naar het pensioenreglement, dan geldt de pensioenleeftijd. Maar staat er bijvoorbeeld AOW-leeftijd of misschien wel ’bij 65-jaar’ dan kan zomaar de AOW-leeftijd bedoeld zijn. Het gaat er dan om goed te duiden wat er bedoeld is af te spreken bij het aangaan van de arbeidsovereenkomst. Of welke afspraken later tussen werkgever en werknemer zijn gaan gelden.

Doorwerken

In een recente uitspraak heeft de rechtbank zich nog op dit punt uitgelaten. Wat was er aan de hand? Werknemer is op 1 maart 1975 bij werkgever in dienst getreden. Op de tussen partijen gesloten arbeidsovereenkomst is een cao van toepassing. In de cao is bepaald dat een arbeidsovereenkomst van rechtswege eindigt ingeval een werknemer de door hem gekozen ingangsdatum van het ouderdomspensioen bereikt dan wel uiterlijk op de dag dat een werknemer de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt.

In 2018 heeft werknemer de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt. De werkgever zegt daarom de arbeidsovereenkomst op. De werknemer wil echter door tot aan de pensioenleeftijd van 67 jaar. De werknemer wil een transitievergoeding en wat dies meer zij.

Ontslag bij pensioen moet kunnen

De kantonrechter oordeelt – onder verwijzing naar de prejudiciële beslissing van de Hoge Raad (zie hier) – dat een arbeidsovereenkomst zonder inhoudelijke toets en zonder kosten voor de werkgever moet kunnen eindigen op het moment dat een werknemer de AOW-leeftijd heeft bereikt, tenzij partijen iets anders afspreken.

De werknemer in kwestie had bovendien recht op een AOW-uitkering én aanvullende pensioenen van zijn werkgever. Daardoor is de werknemer niet benadeeld en zelfs in een betere positie dan ex-werknemers die slechts recht hebben op een AOW-uitkering of werknemers die geen volledige AOW-uitkering hebben opgebouwd en evenmin voldoen aan de voorwaarden van de vangnetvoorziening van artikel 47a Participatiewet.

Indien er echter in de arbeidsovereenkomst helemaal niets is geregeld, spelen de feiten en omstandigheden een nog belangrijker rol en moet daaruit de bedoeling van partijen worden afgeleid.

Geen vergoeding

De werknemer had ook nog om een billijke vergoeding verzocht. Ook die werd echter niet toegewezen, omdat de werkgever niet verplicht was een nieuwe arbeidsovereenkomst aan te bieden. De werkgever heeft daarin een beleidsvrijheid om te handelen zoals haar goeddunkt en de ene werknemer wél en de andere niet in dienst te nemen ná de AOW-leeftijd. De kantonrechter oordeelt dan ook dat van ernstig verwijtbaar handelen geen sprake is, zodat het verzoek om toekenning van een billijke vergoeding wordt afgewezen.

Kijk dus heel goed na wat er in je arbeidsovereenkomst staat en ga tijdig met je werkgever in overleg als je bijvoorbeeld langer door wil werken. Voorkomen is beter dan genezen!

Bron: column van 8 oktober 2018 van mr. Henny van den Hurk, medeoprichter en partner van Gommer & Partners Pensioenadvocaten, op www.dft.nl

Ga terug naar de vorige pagina